Restwarmte is voor veel gemeenten een kansrijke oplossing om woningen en andere gebouwen in de buurt aardgasvrij te maken. Je legt een warmtenet in de grond, sluit woningen aan en klaar zou je denken. Maar zo eenvoudig is het helaas niet.
Warmtenetten zijn er in hele verschillende vormen. En hoe vang je het (tijdelijk) uitvallen van restwarmte op? In Hoogezand maakten de gemeente Midden-Groningen, Waterbedrijf Groningen Duurzaam, kartonfabriek ESKA, vier woningcorporaties en een vertegenwoordiging van bewoners samen een ontwerp. Wat moet zo’n warmtenet eigenlijk echt doen? Wat is belangrijk? Waar kies je voor? En wat mag het kosten?
Procap voerde een VE studie uit om tot een haalbaar en gedragen warmteconcept te komen. Zo werd er een goede balans gevonden tussen de isolatie van woningen en het gebruik van duurzame warmte. Want als woningen beter geïsoleerd zijn, is er minder warmte nodig. En andersom dus. Er werden 4 ontwerpscenario’s voor het warmtenet bedacht. Ieder met z’n eigen voor- en nadelen, niveau van investeringen, exploitatiekosten en effect op de woonlasten van bewoners.
In een periode van 3 maanden brachten onze adviseurs Johan Duut en Charlotte Rodenboog de Haas de verschillende denkrichtingen helder in kaart, structureerde dit tot een aantal scenario’s en hielpen zij de groep van diverse stakeholders een keuze te maken. De gezamenlijke beoordeling van deze ontwerpscenario’s leverde een duidelijke en gedragen voorkeur op: het concept van een warmtering. Met als uitgangspunt een warmtecentrale als kloppend hart van de ring en naast meerdere aan te sluiten gebouwen ook meerdere (in de toekomst) aan te sluiten warmtebronnen.
Ook aan de slag met een energie- of warmteconcept? Of wil je meer weten over de resultaten van deze studie? Neem contact op met Johan.