Inpassing in het (stedelijk) Landschap
Een succesvol open sportpark vereist zorgvuldige inpassing in het stedelijk landschap. Dit houdt in dat het park zowel visueel aantrekkelijk als functioneel moet zijn. Een goed voorbeeld hiervan is skatepark Péitruss (in Luxemburg).
Gelegen in een historisch park, combineert dit skatepark moderne faciliteiten, met respect voor de natuurlijke en historische omgeving. Het ontwerp maakt gebruik van materialen die passen bij het landschap en de stedelijke omgeving, zoals natuursteen en hout. Het park biedt ruimte aan zowel beginners als gevorderde skaters. Daarnaast zijn er voorzieningen zoals zitplaatsen en schaduwrijke plekken, wat het aantrekkelijk maakt voor bezoekers die niet actief deelnemen. Primair is Péitruss onderdeel van een prettig groen stadspark langs de bedding van een rivier, waarmee ook wordt ingespeeld op de uitdagingen die het veranderende klimaat met zich meebrengt, maar het biedt dus voor velen wat wils. Skaten als activiteit is als waardevol omarmd door de stad Luxemburg. De stad wil zich op dit vlak nadrukkelijk profileren en hiermee aantrekkelijk zijn voor jongere doelgroepen. Het park trekt inmiddels veel bezoekers uit binnen- en buitenland, die de plek roemen om de variatie van het skatepark en de ligging. Het is bij uitstek een voorbeeld van een open sportfaciliteit, die verschillende groepen uit de samenleving samenbrengt in de openbare ruimte en die zo bijdraagt aan een gezondere, prettiger en groenere stad.
Een open sportpark vergt durf en een zorgvuldig proces aan de voorkant
Sportverenigingen kennen vaak een lange historie en zijn doorgaans diepgeworteld in de gemeenschap van een dorp of wijk. In de afgelopen decennia zijn sportverenigingen al regelmatig verhuisd van plek, om ruimte te maken voor uitbreiding van steden en dorpen, soms met fusies tot gevolg. De ruimtelijke kenmerken van sportparken veranderden daarmee echter niet wezenlijk. De overgang naar open sportparken, met meer toegankelijkheid voor niet-leden en het delen van accommodaties en faciliteiten, vereist een andere benadering. Het is zaak om aan de voorkant het gesprek met zowel betrokken verenigingen als inwoners hierover aan te gaan en hen een prominente rol te geven in het ontwerpproces. Zo haal je actief op bij de gebruikers wat wensen en valkuilen zijn, waarmee het gezamenlijk gebruiken van de faciliteiten soepeler zal gaan.
Sportpark Pinkenberg (gemeente Rheden) is een uitstekend voorbeeld van een gezamenlijk proces, met een open sportpark als uitkomst. Dit sportpark ligt aan de rand van de Veluwezoom en combineert in de toekomst sportvelden met recreatiemogelijkheden in het groen. Drie voetbalverenigingen bundelen hier straks hun activiteiten op één ‘sportpark van de toekomst’. Het sportpark wordt niet alleen ontworpen met aandacht voor de verenigingssport, maar in de toekomstvisie wordt juist ook rekening gehouden met biodiversiteit, ecologische verbindingszones, gebruik van het park door niet-sporters en de verbinding met de omgeving in brede zin. Daarnaast wordt er gewerkt aan wandel- en fietspaden die het park recreatief verbinden met de omliggende natuurgebieden en andere functies zoals een openluchttheater.
Er wordt een zorgvuldig proces doorlopen dat dit jaar resulteert in een toekomstvisie. De onafhankelijke procesbegeleider verbindt de wensen van verenigingen, bewoners, de gemeente Rheden en andere betrokken zo goed mogelijk. Realisatie is nog niet aan de orde, maar de inspanningen rondom de Pinkenberg laten zien hoe veel belangen en wensen samen kunnen komen in een open sportpark, maar dat dit wel stapsgewijs gaat en een lange adem vergt.
Organisatie en Samenwerking
Het realiseren van een open sportpark vraagt om nauwe samenwerking tussen gemeenten, sportorganisaties, en de lokale gemeenschap. Enkele sleutelaspecten zijn:
- Publiek-private samenwerking: Door samen te werken met private partijen kunnen aanvullende investeringen en innovaties worden aangetrokken.
- Community engagement: Het betrekken van bewoners bij het ontwerpproces zorgt voor een beter draagvlak en meer betrokkenheid bij het gebruik en onderhoud van het park.
- Flexibele organisatie: Open sportparken moeten inspelen op veranderende behoeften. Dit vraagt om een flexibel beheer dat ruimte laat voor experimenten en aanpassingen.
Dat het realiseren van een open sportpark vraagt om een stevig proces waarbij alle betrokken partijen op het sportpark betrokken zijn laten ook de open sportparken Galecop (Nieuwe Gein) en sportpark De Kamp Cothen (Wijk bij Duurstede) zien.
Een centrale organisatie is noodzakelijk om het open sportpark tot een succes te maken. Deze taak kan niet worden opgepakt door de verenigingen die veelal draaien op vrijwilligers. Zij hebben niet de capaciteit en financiën om dit te organiseren. In zowel sportpark Galecop als sportpark De Kamp Cothen is een manager aangesteld die financieel, organisatorisch en juridisch buiten de verenigingen staat. Op sportpark Galecop is een coöperatie opgericht. De voorzitters van de verenigingen die zijn gehuisvest op het sportpark nemen deel in de stuurgroep die deze coöperatie aanstuurt. De manager krijgt het mandaat namens de coöperatie te handelen. De verenigingen dragen een deel van de kosten van de manager, de gemeente draagt de rest.
Voorwaarde voor het kunnen realiseren van een open sportpark is het toestaan van onderhuur door verenigingen. Dit creëert ruimte voor nieuwe of kleine sportverenigingen, voor het organiseren van competities buiten verenigingen om of voor andersoortige sportaanbieders (denk bijvoorbeeld aan discgolf). In dit model betalen verenigingen voor het daadwerkelijk gebruik van sportvelden, in plaats van het zoals nu vaak gebruikelijke seizoens- of jaartarief. Ook kan worden overgegaan tot een financiële vergoeding voor deelgebruik.
Een kans is ook het genereren van nieuwe financiële stromen, bijvoorbeeld opbrengst van parkeergelden door het parkeerterrein bij het sportpark ter beschikking te stellen aan een naast gelegen bedrijventerrein.